‘Ga uit van de logica van de wijk en gebruik de kracht van bewoners’

12-03-2025
0 reacties

Tekst: Marianne Lamers

Samen trokken ze vier jaar lang de kar: projectleider van de City Deal Energieke Wijken Regien van Adrichem en Henk Jan Bierling, dealmaker bij Agenda Stad. Samen blikken ze terug, én vooruit. 

Vier jaar City Deal Energieke Wijken, het zit er alweer op. Jammer?

Regien: “Zeker jammer, maar ook goed om dat eindpunt in het vizier te hebben. Na vier jaar intensief samenwerken voorkomen dat de energie eruit gaat. Die einddatum is dan ook mooi punt om nog een laatste jaar met extra energie naar de finish toe te werken. Daarnaast biedt ook weer ruimte voor nieuwe dingen.” 

Hoe sta jij daarin, Henk Jan?

Henk Jan: “Wat ik zo mooi vind aan het werken in een City Deal, is dat je samen met gemeenten, departementen en koplopers, -mensen met veel enthousiasme, een enorme drive en vol toewijding-, aan de slag gaat met een ingewikkeld maatschappelijk vraagstuk. In dit geval was dat de vraag hoe we de energietransitie kunnen laten slagen in kwetsbare wijken, en vooral ook hoe bewoners in kwetsbare wijken voordeel hebben van de energietransitie. Dus ja, ik heb de afgelopen vier jaar met veel plezier met alle partijen hierin samengewerkt. Natuurlijk stemt dat soms ook weemoedig zo aan het eind, maar ik vind het ook goed dat wij op een gepast moment stoppen. De kracht van de formule van de City Deal is voor mij dat je tegen elkaar zegt: ‘We gaan een paar jaar proberen om dingen echt anders te doen, nieuwe manieren te ontwikkelen.’ Wat wij zagen, en dat geldt ook voor thema’s als veiligheid of voldoende woningen, is dat de reguliere aanpak in wijken met veel complexe problematiek niet werkt. Daar zullen we dus iets extra’s moeten doen, en sommige dingen ook echt anders moeten doen.” 

Regien: “We zijn niet per se nieuwe dingen gaan doen, maar hebben voortgebouwd op de praktijk van de steden. We zijn wel nieuwe aanpakken gaan ontwikkelen, nieuwe gedachten en nieuwe manieren van werken. Hoe kan je dit vraagstuk op een andere manier tackelen en hoe zorg je ervoor dat je daarin ook veel van elkaar van kan leren?”

Henk Jan: “Bij dit soort opgaven hoor je vaak dat je beleidsdomeinen aan elkaar moet verbinden, in dit geval fysiek, sociaal en duurzaamheid. Maar doe je dat? Wat ik heel inspirerend vond en vind aan deze City Deal is dat we steeds vanuit de logica van de gemeentes en de huishoudens in deze gebieden zijn gaan kijken op welke manier we die verbinding kunnen maken. En dan kom je soms op hele grappige onverwachtse, snelle aanpakken die super goed werken.”

Kun je daar eens een voorbeeld van noemen?

Henk Jan: “Waar ik blij van word is een verduurzamingsproject dat ik zag in de Groningse wijk Vinkhuizen. Daar eten mensen vanuit de verschillende afdelingen van de gemeente, vanuit welzijnsinstellingen en woningcorporaties, één keer in de twee weken met elkaar op vrijdagmiddag soep. Daarnaast bespreken ze ook het werk en kijken ze waar ze elkaar nodig hebben. Aan het verduurzamen in de wijk is geen maandenlang vergader circuit vooraf gegaan. Nee, ze kijken heel concreet naar manieren die het beste werken voor de bewoners. Dus wordt er ook gekeken naar veiligheid en naar meer kansen voor de jeugd. Mooi om te zien dat het werkt om mensen in de uitvoering slim bij elkaar te zetten."  

Regien: “Een ander voorbeeld waarin ik die koppeling tussen fysiek en sociaal goed vind gelukt, is de inzet van De Verbindingskamer in Rotterdam. Daar is de gemeente erin geslaagd om weer in contact te komen met mensen, door samen te werken met mensen uit de wijk. Mensen doen het snelst de deur open voor mensen die op hen lijken. Bij De Verbindingskamer gaan met name vrouwen met verschillende culturele achtergronden de wijk in om met mensen het gesprek aan te gaan. Wat we geleerd hebben in die afgelopen vier jaar is dat je niet alleen naar bewoners toe moet als je iets van ze nodig hebt; een handtekening onder een warmtenetcontract of een paar zonnepanelen. Bouw een relatie op en zorg dat bewoners ook weten dat ze gezien en gehoord worden. Als je dan wel iets van ze vraagt, maak je dat gesprek veel makkelijker.”

Henk Jan: “Nog zo’n voorbeeld is de Dubbel Duurzaam aanpak in Tilburg, waar je de sociale en de verduurzamingsopgave mooi ziet samengaan. Daar gaan gemengde teams, vanuit fysiek en sociaal, in gesprek met huishoudens. Op die manier kunnen sociale vragen die bewoners hebben, ook snel opgepakt worden. Bewoners, zeker in de wat meer kwetsbare wijken, hebben een broertje dood aan organisaties die voortdurend langskomen en allerlei dingen vragen en waar ze vervolgens nooit meer iets van horen. Ik heb hier verschillende gemeenten in de City Deal goede stappen in zien zetten. Niet alleen in het formuleren van goede vragen, maar ook in het ontwikkelen van een goede, sociale antenne die je nodig hebt als je aanbelt om te praten over het isoleren van de woning. En hoe organiseer je het vervolgens binnen je gemeente zodat ook snel gevolg gegeven kan worden aan hulpvragen die bewoners hebben? Dat vraagt ook op bestuurlijk en managementniveau commitment. Directeuren van diensten zouden elkaar, vanuit een gedeeld belang, vaker mogen opzoeken om te kijken hoe zij vanuit hun eigen sociale of fysieke opgave bij kunnen dragen en omgekeerd.”

Kernteamlid van de City Deal Guido La Rose gebruikte voor de relatie tussen sociaal en duurzaam vaak de metafoor van een verliefd stel: “Bij projecten geven ze elkaar af en toe een kusje, maar daarna kiezen ze weer snel hun eigen pad. Ook na vier jaar City Deal is het nog steeds niet dik aan tussen de twee.” Hoe kijken jullie daarnaar?

Regien: “Dat is ook zo. Tot een innige verstrengeling komt het nog niet. Het zal nog wel wat tijd kosten voordat dat de standaard is. Laat ook duidelijk zijn dat al deze mooie voorbeelden die we nu opnoemen, niet zijn toe te schrijven aan de City Deal. Die hadden de steden zelf al ontwikkeld. Maar door de City Deal delen ze het nu ook met elkaar, en maken ze ook gebruik van elkaars kennis en expertise. Projectleider bij de gemeente Groningen Martin Klooster omschreef het laatst heel treffend: ‘Wat jammer dat de City Deal nu ophoudt, want het is heel belangrijk dat de koplopers elkaar vast blijven houden en elkaar blijven vinden, omdat de opgave nog niet klaar is.’ Ik denk dat dat een van de dingen is waar ik heel trots op ben binnen deze City Deal: de kracht van het netwerk dat we met elkaar hebben opgebouwd. We zien dat mensen het fijn vinden om elkaar te ontmoeten, en graag hun gemeenschappelijke opgave en vraagstukken met elkaar delen: ‘Hoe doen jullie dat, want wij worstelen hiermee.’ Een aantal jaar met elkaar optrekken binnen zo’n City Deal is iets heel anders dan dat je elkaar een keer op een congres tegenkomt. We zien dat aan alle kanten gebruik wordt gemaakt van elkaars contacten en expertise: De Verbindingskamer is in Groningen en Arnhem geweest, Breda en Tilburg trekken samen op om hun gespikkeld bezit aan te pakken en Stichting Woon is in Groningen geweest om te kijken hoe huurders van particuliere woningen ondersteund kunnen worden.”

Henk Jan: “In die zoekende manier van werken waarin verschillende gemeentes tegen dezelfde dilemma’s aanlopen, zie ik dat het samenspel tussen departementen en gemeenten ook heel vruchtbaar is geweest. Kennis delen met elkaar en vervolgens ook kijken wat er mogelijk is binnen wet- en regelgeving. Daarin hebben we ook de samenwerking met het Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie en het Nationaal Programma Leefbaarheid en Veiligheid als zeer waardevol ervaren. Hoe kunnen we de ruimte die er vaak is, optimaal benutten om bijvoorbeeld de manier waarop het Warmtefonds leningen verstrekt, beter aan te laten sluiten op de logica van een wijk als Breda Noord? Door een slimmere aanpak is het nu zowel voor de particuliere eigenaren die willen verduurzamen in Breda Noord makkelijker om een lening aan te vragen, als voor het warmtefonds makkelijker en beter werkbaar om de aanvragen uit één gebied gebundeld te kunnen behandelen.”

Daarnaast hebben we gekeken naar het verbeteren van regelgeving die in de weg zit. De ISDE-subsidie bijvoorbeeld: een regeling die met de beste bedoelingen is opgezet en voor 80% van de Nederlanders perfect werkt, maar niet voor mensen in kwetsbare wijken. Zij hebben vaak niet de mogelijkheid om voor te financieren, missen een slimme adviseur die helpt bij de aanvraag, maar ook geen vertrouwen in de overheid om van die regeling gebruik te maken. De facto hebben ze dus geen toegang tot deze regeling. Wij hebben met elkaar gekeken hoe we dat beter kunnen regelen. Dat is gelukt: samen met de gemeente Groningen, Arnhem en Rotterdam, RVO en BZK hebben we vanuit de City Deal deze subsidieregeling weten te wijzigen. Gemeenten kunnen nu namens woningeigenaren een ISDE-subsidie aanvragen én ontvangen, waardoor het voor huishoudens in een kwetsbare positie makkelijker wordt om hiervan gebruik te maken.”

Zijn er meer concrete opbrengsten te benoemen? 

Regien: “We hebben grote stappen gemaakt in de aanpak van de verduurzaming van VVE's. Dat is nu een groot netwerk geworden dat door Platform31 wordt georganiseerd waarin G4 en G40 steden deelnemen. Ook hebben we verschillende expertsessies georganiseerd om te verkennen welke juridische route de opschaling van kleine VvE’s mogelijk maakt. Ook rond de thema’s gespikkeld bezit en particuliere verhuurders zal Platform31 het netwerk voortzetten en uitbreiden. Je merkt dat er bij veel gemeentes een grote wens is om samen te werken en kennis te delen.”

Ook buiten de City Deal gemeentes, hoor ik je zeggen. 

Regien: “Ja, we delen alles wat we leren via onze website en Platform31. We zien dat niet alleen gemeentes, maar ook departementen en directies op rijksniveau zoals RVO en VRO, het contact met de City Deal als sparringpartner ontzettend waarderen. Dat is een mooie wisselwerking: het Rijk leert van de steden en krijgt de gelegenheid om bijvoorbeeld bepaalde instrumenten voor gemeentes beter bruikbaar te maken.”

Henk Jan: “We zien dat in deze laatste fase van de City Deal een aantal aanpakken zich uitkristalliseert, waardoor ik bij veel mensen een grote glimlach op het gezicht zie ontstaan. Eén daarvan is de samenwerking met IPW Klimaatwerk en Bureau Raakt die erin geslaagd zijn om via een aantal leerwerktrajecten in Rotterdam en Den Bosch statushouders versneld toe te leiden naar werk in de energietransitie. De City Deal heeft beide bureaus de opdracht gegeven om drie verhalen van gemeentes die leerwerktrajecten hebben opgezet, te verwerken tot drie casestudies ter promotie en analyse. De lessen die ze hieruit hebben getrokken, zijn overdraagbaar en opschaalbaar voor andere gemeentes. Daarnaast is vanuit ditzelfde netwerk een samenwerking ontstaan met het ministerie van SZW waarbij de City Deal informatiebijeenkomsten heeft georganiseerd voor de ontwikkelpaden van het ministerie, in het specifiek voor de functie van energiefixer. De gemeentes Amsterdam, Utrecht, Arnhem, Parkstad Limburg (Heerlen), Rotterdam en Groningen namen deel te nemen aan het traject als voorloper. Hoe gaaf is het om te zien dat een groep die normaal moeilijk toegang heeft tot de arbeidsmarkt, versneld werk vindt in de energietransitie én daarmee ook bijdraagt aan het oplossen van een groot maatschappelijk probleem. Tekort aan arbeidskracht is ten slotte een van de grote dealbreakers voor de energietransitie. 

Ook ben ik tevreden over het Dashboard Geldstromen in de wijk dat we hebben ontwikkeld samen met de steden. Het doel van dit dashboard is om inzicht te krijgen in verschillende geldstromen in de wijk, slimme koppelingen te maken tussen sociale en fysieke opgaven en data te benutten voor het versterken van de energietransitie in kwetsbare wijken. Het geeft antwoord op vragen als: waar zijn de huizen het slechtst verduurzaamd, waar zijn de inkomens het laagst en de gezondheidsrisico’s het grootst. Welke geldstromen gaan er allemaal om in het gebied en hoe kunnen we dat beter benutten om gezondheidsprogramma's en verduurzamingsprogramma's aan te pakken? In welke wijken begin je? Samen met bewoners en professionals kan je hier het gesprek over aangaan en zo de data benutten om hier samen betere afwegingen te kunnen maken.” 

Kernteamlid Hans van Ammers vond het jammer dat het dashboard nog niet zoveel wordt gebruikt door gemeentes. Waar ligt dat aan denk je?

Henk Jan: “Ik ben het met Hans eens dat de werelden van data en beleid vaak lastig te verbinden zijn. Tegelijkertijd zien we ook mooie voorbeelden uit Rotterdam, Zeist en Tilburg waar het dashboard wel degelijk helpt in het verbeteren van beleid. Het gaat niet vanzelf. We zijn om die reden ook blij dat het dashboard een goede plek krijgt bij VRO. Er wordt aan gewerkt om het dashboard beschikbaar te kunnen stellen voor alle gemeentes in Nederland.”

Zijn er gesprekken met bewoners die jullie zijn bijgebleven?

Regien: “Toen we in Rotterdam bij De Verbindingskamer zijn geweest, hebben we met een aantal bewoners in een flat gesproken. Ik was onder de indruk van de gedrevenheid van de bewoners om zich in te zetten voor hun wijk. Een aantal waren zelfs ambassadeur van hun flat geworden. Als je uitgaat van de kracht van bewoners, zie je dat zelf de regie willen nemen en graag mee willen werken.” 

Henk Jan: “Ik moet denken aan het eerste ontwerpatelier van de City Deal dat we hadden in Arnhem, voorjaar 2022. Ik sprak met een jonge man uit Arnhem-Oost, die als energiecoach was gaan werken. Hij vertelde ons dat hij van de tien gezinnen die hij bezocht had, zeven gezinnen het energiecontract hadden stopgezet omdat ze bang waren door de gestegen energielasten in de schulden te belanden. Dan realiseer je je wat dat betekent voor het dagelijkse leefklimaat in een woning, niet alleen voor de ouders, maar ook voor de kinderen die daar wonen. Ja, dat raakte mij enorm. En dat verhoogde voor mij ook weer de urgentie. Dat je denkt van: het gaat ons toch niet gebeuren, dat dit het effect is van stijgende energieprijzen.

Wat ook indruk op me maakte, is de energiearmoede die we zagen ontstaan met de Oekraïne-crisis, met energieprijzen die door het dak gingen. Je zag dat de negatieve effecten het hardst neer slaan in kwetsbare wijken. Energiearmoede kreeg daar een gezicht: mensen die de kachel dan maar niet meer aanzetten. Dat maakte de urgentie voor het laten welslagen van de energietransitie in kwetsbare wijken alleen maar duidelijker. Maar we realiseerden ons ook dat we hier met iets bezig waren, dat echt zijn maatschappelijke begrenzingen heeft.” 

Regien: “Daarmee zie je ook dat het nog niet klaar is. Die verduurzaming, daar moeten we gewoon mee doorgaan. Wat ik ook wel mooi vond, dat in de tijd dat die energieprijzen zo sky high gingen, het Rijk binnen zijn mogelijkheden heel veel heeft gedaan. Met het Tijdelijk Noodfonds Energie kon iedereen snel een bedrag op zijn rekening krijgen. Tegelijkertijd zie je ook dat het gewoon te langzaam gaat. De winter is alweer voorbij en de opgave blijft onverminderd groot. Je kunt niet alleen maar pleisters blijven plakken, zoals wethouder Yusuf Celik zei in een interview met ons. We zullen de wond moeten gaan genezen.” 

Hoe genezen we de wond?

Regien: “Echt die verduurzamingsslag blijven maken, overal, en zeker in kwetsbare wijken waar het het hardst nodig is. Die verduurzaming is niet alleen goed om je huis warm te houden in de winter, maar ook om het koel te houden in de zomer. Met ons veranderende klimaat zal hittestress een steeds grotere rol gaan spelen. In oude vooroorlogse stadswijken met één boom in de hele straat, maakt hittestress het leven in de zomer niet altijd leuker.”

Wat willen jullie de gemeentes graag meegeven nu de City Deal Energieke Wijken eindigt? 

Regien: “Wat ik de afgelopen vier jaar enorm gewaardeerd heb, is de tomeloze inzet en betrokkenheid van alle mensen vanuit de steden en departementen die aan de City Deal hebben meegewerkt. Om dat gesprek met bewoners aan te gaan, ieder op zijn eigen manier. Het mooiste voorbeeld vind ik de gemeente Groningen die op kerstavond zorgde dat twintig bewoners geld terug op hun rekening kregen. Er bleek iets niet goed te zijn gegaan met het aanvragen van de ISDE-subsidie. Dat loste de gemeente snel op, zodat bewoners met kerst niet een boterham met pindakaas hoefden te eten, maar een kerstdiner konden bereiden. Ik zie dat mensen hart hebben voor de bewoners in hun wijk die het minder hebben. In Heerlen werd ik geraakt door het verhaal van een medewerker van Limburg Wonen die vertelde dat ze 4800 woningbezoeken had gedaan om bewoners te informeren over de verduurzamingsopgave in hun wijk. Voor hen is het meer dan een 9 tot 5 baan; ze hebben compassie met de bewoners. En tegelijkertijd proberen ze altijd om het samen met bewoners te doen, om de kracht in de wijk te zoeken. Daarmee komen we bij de kracht van de verhalen die we hebben gemaakt. Verhalen uit het dagelijks leven, wat mensen meemaken in de wijken, wat er gebeurt met de energietransitie in de kwetsbare wijken. Ik ben dan blij met de bundel die wij op 3 april aan iedereen meegeven. Omdat dat echt onze legacy is.

Henk Jan: “Ik wil de gemeentes vooral meegeven: blijf elkaar opzoeken, blijf dingen delen, blijf gebruikmaken van het netwerk dat we met elkaar hebben opgebouwd. We gaan op een aantal thema’s ook met een aantal trajecten verder, dus we kunnen elkaar nog steeds vast blijven houden. De allerbelangrijkste les: ga uit van de kracht van bewoners. Dat is zo belangrijk om de energietransitie te laten slagen. Het hoeft niet zo ingewikkeld te zijn.” 

 

Afbeeldingen

Cookie-instellingen